Eva Saegerman schreef op woensdag 5 december 2007, 9:26:
> Wie schrijft eerste verslag?

>
> Ik heb geen tijd nu, maaar Piet, Conrad ...

waar waren
> jullie na afloop? Dacht dat we amen nog een glas zouden kunnen
> drinken

>
> We hebben wel Ans ontmoet

was leuk!!
Goed, mijn verslag
Niet veel nieuws gehoord eigenlijk
Wel leuk dat ankie terechte kritiek kreeg op... veel. Die odbrg is natuurlijk zo traditioneel dat ik er vaak ging van zitten schuiven op mijnen stoel! En blazen ook nog wel; en ik zat zo dichtbij dat hij het zeker gemerkt heeft. r werd vooral uitgelegd hoe de rijkunst van enkele eeuwen geleden geevolueerd is naar een dressuurniveau van onder 0, heden ten dage. Zonder dat die man het beseft haalde hij
parelli-technieken aan, eveneens de behavoristen als wij kwamen aan bod in zijn conditioneringswetten, en monty roberts, die mocht zijn paard niet aankijken

Jammer dat hij ons niet vertelde waarom. Verder zweefde het van zeer traditioneel (sporen gebruiken om je paard te strelen, effe zachtjes prikken om de aandacht van je paard te krijgen, zweep gebruiken met een harde tik als je paard achteruit een gracht dreigt in te stappen, enz) maar ook "NH'achtig": je zou zonder teugels moeten kunnen rijden, zonder bit, met 50gr druk op de teugels, wachten tot je paard klaar is voor een nieuwe dressuuroefening, tot die dat zelf aangeeft, niets forceren, maar vragen en wachten, in kleine stapjes de training opbouwen, je paard nooit dwingen, als die niet door ene plas durft, haal er een ouder paard bij die voorop gaat ipv te rammen met sporen, enz
Hij haalde sterk uit naar de (top) dressuurruiters en zeker de springruiters (die menen niets van dressuur nodig te hebben) die het belang van de dressuuroefeningen niet (meer) kennen. Het belang van de rollkur is niets gymnasticerend natuurlijk, maar wel "een medaille".
Enfin, een verhaal in zijn geheel over het ontstaan, belang en evolutie van de dressuur en hoe erg het wel gesteld is met onze dressuur-en springruiters, en in de kantlijn een oproep aan iedereen om niet alleen op een paard te gaan zitten, maar zich meer te scholen in het weze paard, diens welzijn en behoeften, steeds open te blijven staan om te leren en bescheiden genoeg blijven om jezelf in vraag te stellen.
Toen hij in zijn inleiding "zo van die paardenfluisteraars" in de koude kelder stak, begon ik een beetje vreemd en aandachtig te kijken, maar hij heeft het goedgemaakt door in zijn verder verhaal duidelijk te maken wat hij bedoelt.
"De beste dagen v j leven zn dié waarin j denkt dat d beste dagen nog mtn
komen"